Shell en ‘Driving Down the Carbon Footprint’
De beschrijving van het Shell’s ‘Energietransitie-dilemma’ in ons boek (paragraaf 6.5) leidt onverwacht tot een zeer interessante spin-off. Dat dilemma is: hoe kan Shell even succesvol worden in duurzame energie als momenteel in fossiele energie? Onze analyse was aanleiding voor ir. Constant van Lookeren Campagne om zich te storten op het promoten van een relatief nieuwe ‘disruptive technology’. Het gaat om het pyrolitisch omzetten van (bio)methaan in pure waterstof. Mooier gezegd: je gebruikt milieubelastend aard- of biogas om een absoluut schone energiedrager/brandstof te produceren, bijvoorbeeld voor het autoverkeer. Zo ontstond het ‘Drive Down’ project, voluit: Driving Down the Carbon Footprint, want gebruik je aardgas als grondstof dan is de CO2 uitstoot nul. Maar gebruik je biogas (mest, zeewier) dan is de CO2 uitstoot zelfs negatief. Het is dus een brug die fossiele energie verbindt met duurzame energie. Dat lijkt voor een bedrijf als Shell een hoogst interessant scenario.
Doel van het initiatief
Het doel van het Drive Down project is bestaande tankstations uit te rusten met een (bio)methaan pyrolyse installatie. De geproduceerde waterstof kan omgezet worden in elektriciteit voor E-auto’s of kan als brandstof getankt worden door waterstofauto’s. De pyrolyse-unit levert naast waterstof ook zuivere koolstof dat als grondstof voor elektrodes of toevoeging aan asfalt en rubber een interessante marktwaarde heeft. Onderstaand plaatje vat het hele proces samen.
Niet op het netvlies in Nederland!
Nogal onbegrijpelijk is het dat in de discussie over de energietransitie deze nieuwe technologie geen aandacht krijgt. Maar Elsevier Weekblad wijdt er in hun recente uitgave ‘2019 Vooruitblik’ een katern aan. Zie het artikel ‘Wachten op waterstof’ (pag.66). Nu maar zien of en dat tot bredere belangstelling leidt.
Het Innovators Dilemma
Interessant is de uitdaging aan Shell. De pyrolyse technologie is pilot-plant rijp. Onderzoek bij Caltech (California Institute of Technology) en evaluatie van het Drive Down concept door o.a. TNO geeft veel vertrouwen in de financiële en technologische haalbaarheid van het pyrolyse proces en de concrete toepassing bij tankstations. Maar Shell is groot en het Innovator’s Dilemma (zie paragraaf 8.6 van ons boek) geeft aan dat grote gevestigde organisaties grote moeite hebben om ‘disruptive technology’ tot een succes te maken. Dat lijkt voorbehouden aan durfinvesteerders. Komen die nu misschien naar voren?
Pieter van Noorden zegt
Net zo goed als de toepassing van waterstof zelf is de productie ervan via pyrolyse een briljant idee, waarvoor ik onmiddellijk mijn bedrijfspand in Houthalen, België (5000 m2), ter beschikking wil stellen.
Natuurlijk wil ik ook graag met de zonnepanelen werken, die het vocht uit de lucht rechtstreeks in waterstof omzetten , maar voor dat voldoende is opgeschaald zijn we jaren verder.
Heb in het verleden al wat ervaring opgedaan met pyrolyse van organische afvalstromen en op deze manier in aanraking gekomen met de eerste en voorlopig nog steeds enige, vloeibare biobrandstof met een PH van 5, van de tweede generatie.
Dus wie wil en kan bijdragen, op welke manier dan ook, om in ons gebouw een piloot project voor pyrolytische waterstofproductie op te zetten, is van harte welkom. Bij ons in de buurt is een groot transportbedrijf bereidt om de geproduceerde waterstof af te nemen voor een deel van hun vrachtwagenvloot en een deel van hun heftrucks.